De stichting

Ook al kennen wij de stichting als rechtsvorm reeds vanaf de middeleeuwen, zij heeft pas in 1956 een wettelijke regeling gekregen. Deze wettelijke regeling was, en is, zeker in vergelijking met de andere thans in Boek 2 BW geregelde rechtsvormen, zeer summier. De stichting kent inmiddels een grote populariteit en zeer veel verschijningsvormen.

Op dit moment zijn ruim 164.000 stichtingen ingeschreven in het Handelsregister met een zeer grote variëteit aan doelstellingen en activiteiten. Een stichting kan worden opgericht zonder overheidsbemoeienis, er is geen stichtingskapitaal vereist en zij is niet gebonden aan een ideële doelstelling. Zij mag weliswaar slechts uitkeringen doen voor zover deze een ideële of sociale strekking hebben, maar dit verbod staat betaling op contractuele grondslag niet in de weg. De stichting kent een grote inrichtingsvrijheid en er is - veelal - geen verplicht toezichthoudend orgaan. De (terechte) toenemende aandacht voor governance laat inmiddels ook in het stichtingenrecht haar sporen achter.

Een aantal sectoren van de maatschappij waar stichtingen veel voorkomen kennen governance codes, zoals in de zorg en op het gebied van het onderwijs. Bestuurders (en toezichthouders) worden in toenemende mate aansprakelijk gesteld en gehouden. Tijd om de stichting weer eens tegen het licht te houden.

In dit boek wordt door een groot aantal auteurs vanuit zeer diverse invalshoeken de stichting op excellente wijze belicht. Uit de kritische beschouwingen in deze bijdragen en de aanbevelingen aan de wetgever die daaruit voortvloeien, blijkt dat het stichtingenrecht dringend aan een onderhoudsbeurt toe is.