Fleur Kloosterman laat in Ga je mij kapot maken? zien hoe giftige situaties ontstaan, wat ze voedt, waarom ze zo lang verborgen kunnen blijven en welke verwoestende gevolgen ze op het leven van mensen hebben. Het is een boek zonder overdrijvingen, waarin de auteur voortdurend de nuance zoekt en ons tegelijkertijd een belangrijke spiegel voorhoudt.
alter ego
Maar laat ik bij het begin beginnen. Nina (de naam van haar alter ego in het boek) solliciteerde jaren geleden naar een functie in het Evimera ziekenhuis (ook een fictieve naam). Hierdoor zou ze de kans krijgen om opgeleid te worden tot verpleegkundig specialist. Tegelijkertijd kon ze haar grote droom realiseren: zelf medische puzzels leggen, juiste diagnoses stellen en waar nodig patiënten van effectieve medicatie voorzien. Zodra ze werd aangenomen, kwam ze onder de hoede van Diederik, die zich ongevraagd als haar supervisor opwierp. Hij was een charmante, sociaal vaardige en deskundig overkomende internist-oncoloog. Dat hij daarnaast ook de nodige trekken van een zelfverzekerde ‘corpsbal’ vertoonde, deerde Nina niet. Sterker nog, ze wilde het haar kersverse supervisor vooral naar de zin maken en hem laten zien wat ze op medisch gebied in huis had. Blijkbaar met succes, want hij overlaadde haar met complimenten.
vrijpostig
Dat het gedrag van haar supervisor soms wel erg vrijpostig was, vergaf ze hem. Zo stelde hij haar niet alleen impertinente vragen (‘Waarom heb je geen relatie? Je bent immers zo’n mooie vrouw?’) en snuffelde hij in het dossier van haar (in hetzelfde ziekenhuis) overleden moeder, maar hij maakte ook ongepaste en vaak seksueel getinte grappen. Over een patiënt vertelde hij bijvoorbeeld dat hij met zijn vrouw naar een parenclub ging en stelde lachend voor om dat samen ook eens te doen. Toen ze tijdens corona dicht op elkaar stonden om labuitslagen te bekijken, zei hij grappend dat hij hoopte dat ze samen corona zouden krijgen. ‘Dan kunnen we tenminste samen in quarantaine en een coronababy maken.’
kleine stapjes
Het ging van kwaad tot erger. In kleine stapjes, zodat het leek alsof alles doodnormaal was, maakten de foute opmerkingen plaats voor ongewenste aanrakingen. Schouders werden gemasseerd, borsten ‘per ongeluk’ aangeraakt en al snel gestreeld. Er werd om dagelijkse knuffels gesmeekt, en op een vroege avond vond Nina zichzelf achterovergedrukt op een behandelbank, met de gordijnen zorgvuldig gesloten.
Meester in manipulatie
De hamvraag is natuurlijk waarom Nina dit alles pikte en weinig ondernam om de man te stoppen. Een van de antwoorden is dat hij gewoonweg niet luisterde. Daarnaast voelde ze zich zelf ook angstig en onzeker. Angstig omdat ze bang was haar baan kwijt te raken, en onzeker omdat haar supervisor een meester in manipulatie was. Wat hij deed, wordt in de literatuur omschreven als ‘grooming’: eerst aardig en charmant zijn om vertrouwen te winnen, om vervolgens keihard intimiderend te werk gaan om je zin te krijgen. Een goedwillend en harmoniegericht persoon als Nina kon hierdoor maar al te makkelijk in verwarring raken.
vertrouwenspersoon
Uiteindelijk was het haar te veel en besloot ze haar verhaal te vertellen, eerst aan een vertrouwenspersoon en later aan haar leidinggevenden. De bal kwam aan het rollen, en het bestuur van het ziekenhuis stelde de medisch specialist met onmiddellijke ingang op non-actief. Hij bleek namelijk al geruime tijd onder verscherpt toezicht te staan vanwege vroeger grensoverschrijdend gedrag jegens meerdere arts-assistenten. Nina had hier nooit iets van vernomen.
rechtszaaltjes
Toen haar voormalige supervisor uiteindelijk werd ontslagen, brak er een jarenlange periode aan van juridisch procedures. Pijnlijk voor Nina, die weer regelmatig in rechtszaaltjes met haar belager werd geconfronteerd. Extra pijnlijk ook omdat Diederik de zaken zo wist te draaien dat niet zij, maar hij als slachtoffer overkwam. Gelukkig kwam hij er niet mee weg en werd hij door de tuchtrechter voorgoed uit zijn beroep gezet. Daarmee zou je denken dat de kous af was, maar niet helemaal; het verhaal kreeg nog een onverwachte wending. De bestuursvoorzitter van het ziekenhuis — die nota bene alle processtukken had ondertekend — legde zijn functie neer nadat bleek dat hij affectieve gevoelens naar een medewerker had geuit…
belangrijke spiegel
Ga je mij kapot maken? is een goed geschreven boek dat diep door je ziel snijdt. Tegelijkertijd houdt het je ook een belangrijke spiegel voor. Het gaat de auteur namelijk niet alleen om haar eigen verhaal, ze vindt het minstens zo belangrijk om ons te waarschuwen voor alle ‘Diederikken’ in organisaties. Het gaat om narcistisch ingestelde types met veel informele macht, die in woord en daad tot aan het randje (en vaak daaroverheen) gaan en die met hun charmante maniertjes anderen naar de hand weten te zetten. Vooral in 24-uursorganisaties waar een hoge werkdruk heerst, sterk hiërarchische systemen van meester-gezelrelaties domineren, en waar misplaatste loyaliteit aan de beroepsgroep heerst, kun je er vergif op innemen dat er ergens wel een of meerdere ‘Diederikken’ opduiken. In dit boek leer je hoe je ze kunt ontmaskeren en onschadelijk maken. Dit maakt het boek een must-read voor alle professionals en verplichte kost voor beroepsopleidingen.
Over Hans van der Loo
Hans van der Loo richt zich op zelfmotivatie en psychologische veiligheid in teams. Hij is onderzoeker, facilitator en auteur van meerdere bestsellers, zoals 'Kus de visie wakker, 'Psychologische veiligheid','Teaming: de nieuwe realiteit van samenwerken' en 'Gitig gedoe op de werkplek'. deze laatste is Managementboek van het jaar 2024.