Gratis boekenweekgeschenk bij een bestelling boven de €15,- (geldt alleen voor Nederlandstalige boeken)

Recensie

Emerging Patterns of Innovation

Een populair genre in de Amerikaanse managementliteratuur volgt het volgende scenario: (1) De auteur legt uit hoe de wereld is veranderd; (2) Gelukkig weet hij ook hoe we in deze nieuwe wereld geld kunnen verdienen/besparen...

Jeroen Kemperman | 26 november 1999 | 3-4 minuten leestijd

Kodama volgt hetzelfde scenario, maar ontstijgt het genre. Normaal treffen we één 'baanbrekend' idee dat wordt onderbouwd met enkele cases. Kodama poneert zes verschuivingen die samen een technologische paradigmaverandering vormen. Vervolgens onderbouwt hij deze uitgebreid met cases, macro-economisch beleid en empirische data uit vooral de Japanse praktijk. De zes verschuivingen van Kodama ­ die worden uitgewerkt in een zelfde aantal hoofdstukken ­ hebben alle betrekking op innovatie in hightech bedrijven. Bij Kodama betekent dit: farmacie, machinebouw, elektronica, informatie en communicatietechnologie en (wetenschappelijke) instrumenten. Om een idee te geven wordt elke verschuiving hieronder kort behandeld. 1. Manufacturing: from producing to knowledge creation. Kodama laat cijfermatig zien dat een groeiend aantal Japanse productiebedrijven meer investeert in R&D (Research & Development) dan in kapitaalgoederen voor productie. Zelfs met de constatering dat 'Development' in Japan ruimer wordt gedefinieerd, lijkt de constatering terecht dat productie niet meer noodzakelijkerwijs de kern van een productiebedrijf hoeft te vormen. 2. Business diversification: from spinn-off to trickle-up process. De klassieke Westerse diversificatie-theorie gaat uit van een geavanceerde technologie, die na verloop van tijd steeds goedkoper en eenvoudiger kan worden gebruikt zodat het geschikt wordt voor minder geavanceerde toepassingen. Hier tegenover legt Kodama het beeld van Japanse innovatietrajecten waarbij product- en procesinnovatie parallel heeft plaatsgevonden waardoor de eerste toepassing plaatsvindt in een massaproduct, en er vervolgens wordt gewerkt aan geavanceerdere toepassingen. 3. R&D competition: from dominant design to interindustry competition. Kodama beargumenteert dat het traditionele beeld van concurrentie in innovatie tussen leiders en volgers binnen een industrie voor veel bedrijven niet meer werkt. Aan de ene kant is er sprake van productgeneraties, die elkaar zo snel opvolgen dat achterlopers wegvallen (een Pentium 2 PC verkoop je niet meer ook al is hij veel goedkoper dan een Pentium 3). Aan de andere kant komt de nieuwe generatie vaak van buiten de eigen sector. 4. Product-development: from pipeline to demand articulation. In de klassieke theorie wordt er veelal vanuit gegaan dat de markt wordt gecreëerd vanuit de nieuwe technologische mogelijkheden. Volgens Kodama is dit momenteel veelal omgekeerd. Er wordt een (virtuele) marktbehoefte gedefinieerd en vervolgens worden de technologische doorbraken geforceerd die noodzakelijk zijn om in deze behoefte te voorzien. 5. Innovation pattern: from breakthrough to technology fusion. Aansluitend op punt vier stelt Kodama dat de meeste nieuwe high-tech producten niet ontstaan uit mono-disciplinaire uitvindingen binnen een technologisch gebied, maar uit parallelle innovaties en doorbraken in verschillende samenwerkende technologische gebieden. Voorbeelden zijn: mechatronics, opto-electronics, biotechnologie en keramische materialen. 6. Societal diffusion: from technical evolution to institutional co-evolution. De verspreiding van nieuwe technologieën in de maatschappij is veelal beschreven vanuit een soort confrontatiemodel: de technologie moet de wereld veroveren. Aansluitend op punt vier beschrijft Kodama een meer harmonieus model van parallelle maatschappelijke en sociale innovatie. Nieuwe technologieën komen hierin tot stand ­ doordat ze door regelgeving worden gestimuleerd ­ en/of tot bloei doordat ze door gebruikers worden verwelkomd en verspreid. Kodama blijft evenals zijn onderzoeksobject menselijk: de logica achter (en in) de statistische bewerking van empirische data om de verschuivingen te bewijzen, is niet altijd waterdicht. Het afbakenen van het onderzoeksveld en het trekken van relaties tussen onderzochte gegevens en beschreven verschuivingen, gebeurt soms wat pragmatisch. Ook als we constateren dat Kodama zijn eigen hoge ambitie niet volledig waarmaakt, staat er nog steeds een boek als een huis. Zo kunnen we de zes verschuivingen van Kodama zien als zes alternatieven voor de traditionele manier van werken en concurreren in hightech bedrijven. Deze lijst kan bijvoorbeeld worden gebruikt als een scenario om de toekomst van een bedrijf, industrie of nieuw product eens kritisch te beoordelen en eventueel te herzien. Dit boek is aan te bevelen voor managers en professionals die werken aan innovatie in hightech bedrijven of daar als consultant, wetenschapper of beleidsmaker intensief mee te maken hebben.

Over Jeroen Kemperman

Jeroen Kemperman is senior programmamaanger waardemanagement & merkpositionering Zorg bij Achmea.

Deel dit artikel

Wat vond u van dit artikel?

0
0

Boek bij dit artikel

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden