In het eerste deel gaan de auteurs in op de kansen voor ondernemers die ontstaan door de opkomst van internet als communicatie- en transactiemedium. De auteurs stellen dat hieraan meedoen geen keuze meer is. Het gaat om de wijze waarop men hieraan wil meedoen. De detaillist als sluitstuk van de waardeketen (fabrikant, groothandel en detaillist) komt volgens de auteurs, qua kansen als winnaar uit de bus. Dit omdat deze in de beste positie verkeert om gebruik te maken van de mogelijkheden van E-business.
Nadrukkelijk stellen zij dat het niet altijd de bestaande partijen zijn die zullen profiteren, maar veeleer de nieuwe intermediairs en die bedrijven die in staat zijn zich aan te passen aan de nieuwe spelregels. Deel 2 is het meest praktische gedeelte van het boek. Het beschrijft stap voor stap op welke wijze een bedrijf een aantrekkelijke elektronische winkelpropositie kan ontwikkelen en exploiteren.
Voorop staat dat een internetwinkel niet zomaar een elektronische versie is van de traditionele fysieke winkel. Iets wat men volgens de auteurs nog maar al te vaak aantreft. Het begint, volgens de auteurs, met het ontwikkelen van een sterk en herkenbaar merk. Dat hoeft niet altijd het bestaande merk te zijn. Er zijn diverse internetmerken waarvan het achterliggende fysieke bedrijf niet bij iedereen bekend is. Gebruikt men een bestaande naam dan dient het imago, dat moeizaam in de fysieke wereld is opgebouwd, ook in de virtuele wereld te worden gekoesterd. De volgende stap bevat de wijze waarop bezoekers kunnen worden aangetrokken en de eisen waaraan een gebruiksvriendelijke site moet voldoen. Een goede elektronische winkel bestaat uit drie C's: commerce, content en communities. De auteurs wijzen een rustige en behoedzame aanpak van de hand. Deze aanpak leidt vaak tot teleurstelling bij de klant en verkleint de kans op terugkeer. Een virtuele winkel moet meteen komen met een interessant aanbod, aantrekkelijk uiterlijk en bedieningsgemak. Vervolgens wordt de nadruk gelegd op het individuele karakter van een internetrelatie. Klantbinding ontstaat door individuele communicatie en een individueel aanbod. Ontwikkelen, uitbouwen, onderhouden en het benutten van klantkennis is essentieel in de virtuele wereld. Tenslotte gaat het boek in op onderliggende vaardigheden, processen en technologieën. Dit is niet het sterkste onderdeel van het boek. De relaties met partners wordt behandeld. Wat een elektronische winkel nu concreet betekent voor de achterliggende bedrijfsprocessen en informatietechnologie wordt nauwelijks behandeld. Dit maakt het boek tot vooral een marketingboek en op dat gebied levert het ook een bruikbare bijdrage. Het laatste deel tracht een blik in de toekomst te werpen. In feite borduurt dit deel voort op een aantal ontwikkelingen die in gang zijn gezet en die zich sinds de uitgifte van het boek (1999) verder hebben afgetekend. Al met al is het boek wat gedateerd, maar blijft het een bruikbaar en praktisch boek als men meer wil weten over het ontwikkelen van goede internetsites.