strong>‘Wat een gedoe, dat inkopen’ heb je als inkoper vast wel eens gehoord in de dagelijkse omgang met je collega’s. Zeker als ze te laat bij je aankloppen met de vraag ‘of je snel iets namens hun wilt inkopen’. Intuïtief schieten veel inkopers waarschijnlijk in de verdediging of zetten vol in op de aanval. Niet echt productief, integendeel vaak eerder contraproductief. Hoe je in dit soort situaties beter kunt reageren, lees je in het boek ‘Gedoemanagement’ van auteur Frank Schurink.
Van de andere kant bekeken
Laten we om te beginnen de hiervoor geschetste situatie eens bekijken vanuit de positie van je collega. Hij stelt een vraag om iets in te kopen en krijgt van jou als inkoper waarschijnlijk meer dan tien vragen terug zonder direct een antwoord op zijn eigen vraag te krijgen. Vragen over zijn behoeften, zijn doelstellingen, de specificaties van wat hij dan nodig heeft en wat je als inkoper nog meer kan/zal vragen aan je collega als je een inkooptraject wilt starten. Dat zijn wel veel vragen die je collega ineens op zich afgevuurd krijgt, terwijl hij ‘alleen maar iets’ nodig heeft om verder te kunnen zijn met zijn dagelijkse werk. Niet onlogisch dat hij dat inkopen in eerste instantie maar gedoe vindt.
Wat is gedoe
Om te weten wat ‘gedoe’ nu precies is, waar het vandaan komt en wat je eraan kunt doen, is het handig om wat meer van de achtergronden te weten zodat je er efficiënt en effectief mee aan de slag kunt. Gedoe betekent volgens Van Dale ‘allerlei niet nader gepreciseerde dingen die men doet en die iemand moeite, last of ergenis veroorzaken’ en ‘drukte, opschudding, beweging’. Met name die eerste verwijzing maakt al duidelijk waarom een collega het inkopen wel eens gedoe zou kunnen vinden. Voor een inkoper zijn het allemaal vanzelfsprekende vragen die hij stelt, omdat hij er dagelijks met collega’s over praat. Voor die collega is het misschien de eerste keer en is het inkopen voor hem of haar onbekend terrein en daarmee gedoe.
Gedoe komt uit je brein
De basis van gedoe vindt zijn oorsprong in je brein en dus ook het brein van je collega. Het zijn niet de omstandigheden of de situatie, zoals bijvoorbeeld het inkopen zelf, die het gedoe vormen, maar de reactie van je collega op de omstandigheden of de situatie. Die reactie komt vanuit het brein en is voor een groot deel biologisch bepaald. Het goede nieuws voor iedereen die gedoe ervaart of te maken krijgt met mensen die iets gedoe vinden, is dat het gedoe te managen is. Dat begint met te weten waar het vandaan komt en te erkennen dat je zelf degene bent die iets met dat gedoe kunt doen. Frank Schurink neemt je in het boek ‘Gedoemanagement’ stapsgewijs mee in de wereld van het alledaagse gedoe en hoe je daarop kunt reageren.
Op zoek naar de aan/uit knop van gedoe
Het blijkt dat mensen die doorhebben hoe hun brein functioneert, hoe hun gedachten werken en weten waar hun gedrag vandaan komt, een rust over zich krijgen die vergelijkbaar is met meditatie. Frank Schurink beschrijft hoe het brein bestaat uit een groen deel en een rood deel. In het groene deel van je brein ontstaan de nieuwe ideeën en de oplossingen. De oplossingen waar bijvoorbeeld je collega naar op zoek is. In het rode deel van je brein zitten de automatismen die ervoor zorgen dat je niet in de problemen komt en de bron vormen voor gedoe. Het rode en het groene deel van je brein heb je beide nodig om vooruit te komen in het leven. De kunst is om te leren schakelen tussen beide delen. Rood is de basisstand van je brein. Om door te hebben dat je in het rode deel zit, heb je het groene deel van je brein nodig. Daartussen zit de aan/uit knop van gedoe.
De keuze is aan jou
Je kunt er als collega’s voor kiezen om ieder voor zich in het rode deel van jullie brein te blijven, maar dat lost vanzelfsprekend niets op. Integendeel, het gedrag en daarmee gedoe van de ander zal je steeds meer irriteren en hinderen bij het vinden van de oplossing op het vraagstuk van je collega. Als inkoper empathie tonen richting je collega voorkomt een hoop gedoe. Het biedt de opening om vanuit het rode deel in het groene deel van jouw brein en uiteindelijk ook dat van je collega terecht te komen. Het deel waar de oplossingen en nieuwe ideeën vandaan komen die je samen kunt bedenken en verder uitwerken. Herkennen en erkennen wat gedoe is en hoe het je in de weg zit, vormen het begin en er vervolgens iets mee doen het constructieve vervolg.
Eindoordeel
‘Gedoemanagement’ is een zeer prettig leesbaar boek dat je op simpele wijze uitlegt dat gedoe pas gedoe is als je er zelf gedoe van maakt. Het geeft je, aan de hand van praktische voorbeelden en leuke weetjes, inzicht hoe je met gedoe om kunt gaan en hoe je er minder of meer last van kunt hebben. De sleutel voor gedoemanagement ligt bij jou en dat maakt gedoe al veel minder ongrijpbaar en irritant. Het boek is een aaneenschakeling van herkenbare momenten uit het dagelijkse leven van een inkoper, mits je die vertaalslag kunt maken. Een vertaalslag in je eigen brein waardoor je je collega waarschijnlijk veel beter zult begrijpen als hij verzucht dat dat inkopen toch wel heel veel gedoe is.
Over Peter Streefkerk
Peter Streefkerk is eigenaar van Respect Inkoopconsultancy. Hij is actief met interim-management, advisering, projectmanagement, training en coaching op het gebied van contractmanagement en inkoop. Hij is auteur van boeken over contractmanagement en inkopen. Met Octavia Siertsema maakt bij een podcast over aanbesteden.