In dit essay werkt Hartmut Rosa eerst de theorie van de maatschappelijke versnelling uit. Hij beoogt daarmee een ouder concept te rehabiliteren, te weten dat van de vervreemding. Daarmee komt hij vervolgens tot een kritische theorie van de maatschappelijke versnelling. En zo krijgen we antwoord op de vraag: wat is dan een niet-vervreemd leven? En dan niet 100% niet-vervreemd, maar momenten. Momenten waarin sprake is van resonantie, een begrip dat hij in later werk uitwerkt (Onbeschikbaarheid, 2016 en 2022). Momenten van geluk, ontroering, flow, die je kunt ervaren bij muziek, in een ontmoeting, in de natuur, maar die zich niet laten afdwingen.
versnellingskringloop
Wat is dat eigenlijk, die maatschappelijke versnelling? Het gaat er al over sinds Goethe en Rousseau, maar een systematische theorie ontbreekt. Je kunt ook nu met grote regelmaat lezen dat veranderingen steeds sneller gaan, maar zonder verdere definiëring, als een soort voldongen feit lijkt het. Om hierin helderheid te verschaffen werkt Rosa het begrip maatschappelijke versnelling uit langs drie lijnen: technische versnelling (= binnen de samenleving), versnelling van maatschappelijke verandering (= van de samenleving zelf) en versnelling van het levenstempo. Die drie blijken een versnellingskringloop te vormen.
razende stilstand
Uiteraard werkt Rosa ook het begrip maatschappelijke verlangzaming uit, waarbij hij (met anderen) bij de gedachte uitkomt dat er mogelijk geen werkelijke verandering plaatsvindt, maar eerder een ‘razende stilstand’. Steeds sneller meer van hetzelfde, zou je kunnen zeggen. Daar legt hij tegenaan dat eigenlijk elke vorm van verlangzaming een reactie op de versnelling is. En daarmee blijft de versnelling dominant. Hij eindigt dit eerste deel met de these dat een aantal verschijningsvormen van onze tijd, zoals de welvaartsstaat, maar ook democratie, mogelijk tot het verleden behoren, want uit de pas geraakt in de voortdurende versnelling. En ineens dringt de actualiteit van januari 2025 zich op, met een toenemend aantal nogal autocratische leiders die met decreten de democratie omzeilen om zodoende ‘een beetje tempo’ te maken.
De maatschappelijke versnelling vertoont kenmerken van een totalitaire heerschappij, en moet worden bekritiseerd. Hij bedoelt hier niet een totalitair politiek regime. Daaraan is, hoe cynisch eigenlijk, beter te ontkomen dan aan de maatschappelijke versnelling.
Een kritische theorie
In het tweede deel werkt hij een kritische theorie van maatschappelijke versnelling uit, langs drie lijnen: functionalistisch, normatief en ethisch. Functionalistisch in de zin dat de versnelling van verschillende aspecten in de samenleving niet synchroon plaatsvindt, en dat er door dat onderling uit de pas lopen van processen spanningen en (uiteindelijk) pathologie ontstaat.
Normatief in de zin van de onontkoombaarheid van de temporele normen in de moderne samenleving, terwijl we leven in een wereld die ongekend liberaal en individualistisch lijkt. Of zoals Rosa het mooi formuleert: de temporele normen van de moderne samenleving gaan ongemerkt schuil achter de moderne belofte van reflexiviteit en autonomie. Valse krengen zijn het, die temporele normen.
Ethische kritiek
Ethisch in eerste instantie omdat we in een situatie terechtkomen, waarin we vrijwillig anders handelen dan we eigenlijk willen. Vrijwillig, want niemand dwingt ons. Een intrinsieke tegenstelling die vervreemdend werkt. Vervolgens werkt hij het concept vervreemding uit in een aantal aspecten. Vervreemding van ruimte, van dingen, van eigen handelingen, van de tijd, en ten slotte van onszelf en de maatschappij. Als ik dit zo opschrijf klinkt dat waarschijnlijk abstract, maar Rosa verlevendigt het met zodanig herkenbare dagelijkse voorbeelden, dat het volstrekt helder wordt hoe we ervoor staan. Als generatiegenoot van Rosa kan ik het heel goed volgen, en herken ik me er zeer in. Ik vraag me af of dat voor de generatie(s) na ons ook zo is, of je dit alles als vervreemding zult ervaren als het de enige realiteit is die je kent.
In de derde Nederlandse druk, die verschijnt in 2023, 10 jaar na de oorspronkelijke tekst, schrijft Rosa een nawoord waarin hij ingaat op het begrip resonantie. Resonantie die ontstaat als we een echte relatie aangaan met de dingen en mensen om ons heen en ons daarin kunnen laten verrassen. In dit nawoord werkt hij een achttal theses uit en geeft hij uitwerking aan het begrip resonantie, waarmee zicht ontstaat op een uitweg. Resonantie zal niet de oplossing zijn, maar geeft wel richting in het zoeken. Verbondenheid in plaats van vervreemding, een begin van ‘het goede leven’? Ik denk van wel.
Over Charles Engelen
Drs. Charles Engelen CMC faciliteert veranderprocessen op individu-, team- en organisatieniveau rond vraagstukken op het gebied van structuur, besturing en cultuur van professioneel werk, samenwerking in (management-)teams, conflicten en vertrouwenscrises, leren en ontwikkelen, persoonlijke professionele groei.