Joseph Kessels vraagt Erik Deen en Mariël Rondeel of zij er een moderne en toekomstbestendige versie van willen maken. Dit leidt tot een volledig herziene versie van Opleidingskunde. Een boek dat is bestemd voor iedereen die leertrajecten ontwerpt om mensen te ondersteunen bij leren en ontwikkelen in de context van hun werk. Dat leren moet aansluiten bij de nieuwsgierigheid en de gedrevenheid van de individuele medewerker en bijdragen aan de ontwikkeling van hun organisatie.
Nieuwe perspectieven op opleiden maken mensen zelf verantwoordelijk voor hun ontwikkeling als professional. De interventies om leren te stimuleren, zijn veel breder dan alleen opleiden. De auteurs geven daarom de voorkeur aan ‘ontwerper’ boven ‘opleidingskundige’. De ontwerper kan een vraagstuk analyseren, er passende leeroplossingen voor ontwerpen en de resultaten ervan evalueren. Hij is ook adviseur die samen met alle relevante betrokkenen leren en werken weet te verbinden en daardoor van de werkplek een aantrekkelijke leerplek weet te maken. Dat vraagt om een relationele benadering waarbij de ontwerper werkt aan het vergroten van de inzet, deelname en steun van direct betrokkenen bij een leertraject en er een gedeelde visie ontstaat op de aanpak ervan.
In het verleden volgde een medewerker meestal een opleiding om een tekort weg te werken. De huidige manier van kijken naar leren gaat over het versterken van de talenten van mensen, omdat aandacht voor de kracht en passie van mensen een positieve invloed heeft op hun welbevinden en op productiviteit en innovatie binnen organisaties. Een waarderende benadering speelt dus een belangrijke rol bij het ontwerpen van leertrajecten. Verder vinden leerinterventies tegenwoordig steeds vaker plaats op de werkplek, of ze zijn in ieder geval verbonden met het dagelijkse werk. Het geleerde kan dan direct worden toegepast en beklijft beter.
Ontwerpers hanteren drie verschillende benaderingen. Bij de instrumentele of systematische benadering hechten ze veel waarde aan de analyse van het vraagstuk en het formuleren van leerdoelen. Het leerproces is een lineair ontwerpproject. In de relationele ontwerpbenadering komt een leerontwerp tot stand in dialoog tussen alle betrokkenen. Hierbij is het smeden van samenwerkingsrelaties van belang om consensus te bereiken over doelen, inhoud, aanpak en vorm van het leertraject. Inzet, deelname en steun van alle betrokkenen wordt hierdoor vergroot. Deze benadering lijkt sterk op co-creatie. Tot slot is er nog de pragmatische ontwerpbenadering. De cyclus van ontwerp, ontwikkeling, evaluatie en bijstelling wordt verschillende malen herhaald (iteraties). De analysefase is kort en de ontwerper ontwikkelt al snel een prototype, zet dat in en evalueert het met de gebruikers. Het ontwerp wordt in de verschillende cycli steeds verder verbeterd en verfijnd.
De auteurs gebruiken een combinatie van een systematische en een relationele aanpak, het achtveldenmodel van Kessels, als kapstok voor hun boek. Dit model beantwoordt twee vragen in vier stappen: wat wil je bereiken en wanneer ben je tevreden? Het achtveldenmodel is ook te gebruiken bij een pragmatische ontwerpaanpak en de auteurs lichten het uitgebreid toe in twee hoofdstukken. Vervolgens gaan ze in op belangrijke keuzes bij het maken van een globaal leerontwerp. In het laatste hoofdstuk gaan ze in op de vraag hoe je leerinterventies ontwikkelt en reiken ze handvatten en hulpmiddelen aan.
Opleidingskunde is een prettig leesbaar handboek over leren in en voor het werk. Zowel de ontwerpkant als de advieskant komen ruim aan bod. Een heldere structuur zorgt voor een goede ontsluiting van de uitgebreide kennis en ervaring van de auteurs.
Over Nico Jong
Nico Jong is senior adviseur bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.