Het lijkt er soms op dat wij als mensheid slaven zijn geworden van ons eigen construct, namelijk 'de economie'. Maar de economie is geen natuurwet. Hij hoeft niet te blijven functioneren zoals nu, als wij besluiten dat we dat niet meer willen. Wat mij betreft is Waarom werken we zo hard? van Govert Buijs een boek dat niet alleen door enthousiaste filosofen zou moeten worden gelezen, maar vooral door bestuurders, politici, beleidsmakers en topmanagers. Al was het alleen maar om de zelden geëxpliciteerde aannames waar we als samenleving blind voorbij varen alsnog eens kritisch te bekijken en te bevragen.
Buijs' boek bestaat uit drie delen. In het eerste deel legt hij (in zijn eigen woorden): 'een antropologisch vloertje voor de economie'. Het tweede deel vertelt over de geschiedenis van de economie en het marktdenken zoals we dat nu kennen. Het derde deel, ten slotte, gaat vooral over wat ik op basis van de titel verwachtte te lezen, namelijk een kritische blik op het economisch discours in onze samenleving en het pleidooi om ons denken over de economie te veranderen, zodat we fijner leven en de aarde minder uitputten. Oké, dat laatste is een klein beetje kort door de bocht, maar in grote lijnen komt het daar wel op neer.
Het boek gaat dus meer over de economie als construct, als paradigma en wellicht ook als ideaal dan over de vraag waarom we zo hard werken. Het een hangt natuurlijk wel samen met het ander, maar het essay gaat vooral over de economie.
In het eerste deel gaat Buijs uitvoerig in op waarom we werken, van oorsprong vooral om de kost te verdienen. Hij bespreekt de mens als creatief, cultureel en samenwerkend dier en de opkomst van het concept van de homo economicus. Het voert te ver om de enorme rijkdom aan informatie die Buijs biedt voor deze recensie samen te vatten, maar ik er komen flink wat filosofen en denkers voorbij, van Calvijn tot Arendt en van Darwin tot Marx.
In het tweede deel wordt komt de geschiedenis van de economie en onze samenleving aan de orde en dat gaat vrij breed. Van jager-verzamelaarculturen, en landbouwculturen via allerlei koninkrijkjes naar de burgerij, die soms honend werd weggezet maar ook nu nog belangrijk is als het maatschappelijk middenveld waarover we onze politici regelmatig horen spreken. Hij bespreekt hoe er uit het bekende 'Wealth of Nations' van Adam Smith lukraak geciteerd is en dat dit niet alleen geen recht doet aan het werk van Smith, maar ook niet aan de mensheid. De mens is meer dan een homo economicus die alleen gedreven wordt door eigenbelang.
In het derde deel, dat heel toepasselijk 'een nieuwe revolutie' gedoopt is, pleit Buijs voor een herziening van de rol van economie in de samenleving. Hoewel de vrijemarkteconomie ons veel heeft gebracht voor wat betreft rijkdom en welzijn, ziet hij ook de schaduwzijde. Op termijn is het economische model dat we nu gebruiken niet langer houdbaar. We consumeren meer en gooien meer weg en dit geeft een grote ecologische druk op de aarde. We gebruiken meer dan de aarde aan kan en als we niet oppassen kan onze eigen beschaving daaraan ten onder gaan.
Buijs wijst op een aantal ontwikkelingen die zich hebben voltrokken, die hij als problematisch ziet. Het gaat dan over de toenemende psychologische druk op het individu en de toenemende verantwoordelijkheid van het individu voor zijn eigen welzijn. Ten tweede spreekt Buijs van 'waardenmonomanisering'. Een ingewikkelde term waarmee hij vooral wijst op dat waar er voorheen ruimte was voor waardering voor de bijdrage van eenieder aan de samenleving, dit nu steeds minder het geval is. Waardenmonomanisering leidt dus tot een tweedeling in de samenleving. Een ander probleem is dat de hoeveelheid geld in de wereld niet langer in verhouding staat tot de reële economie en dat alles ondergeschikt lijkt te worden gemaakt aan financieel gewin. Verder wijst Buijs op het probleem dat een aantal bedrijven een financiële positie hebben die de begroting van soevereine staten flink overstijgt. Het gaat dan met name om de bekende techreuzen, waaronder Google, Microsoft en Facebook. Met die financiële positie komt ook veel macht die door het democratisch systeem ingeperkt zou moeten worden.
Om te komen tot een betere samenleving waarin er meer ruimte is voor de talenten van elk individu en er meer ruimte is voor zingeving en het zorgvuldig omgaan met de aarde pleit Buijs ten slotte voor een aantal zaken. Een balans tussen mens en natuur, een economie waarin we ons meer op duurzaamheid richten, nieuwe verhoudingen op de arbeidsmarkt wat betreft flexibiliteit en zekerheid en meer 'Rijnlandse verhoudingen' tussen arbeid en kapitaal. Er zou meer aandacht moeten komen voor stakeholders dan voor shareholders. Bedrijven zouden minder als geldverdienmachines moeten worden gezien maar meer als samenwerkingsgemeenschappen. Ten slotte zou moeten worden toegewerkt naar een samenleving die minder gericht is op kwantificering en die meer aandacht heeft voor vreugde en zingeving.
In het laatste hoofdstuk van Waarom werken we zo hard? geeft Buijs aan dat er nu sprake is van een 'joyless economy', een vreugdeloze economie, waarin we wel steeds meer spullen hebben, maar er al met al niet blijer van worden. Hij pleit voor een economie met niet alleen meer vreugde maar vooral ook meer ruimte voor betekenis in het leven. We zouden moeten streven naar een economie van de vreugde, waarin er ruimte is voor creativiteit en vrijheid van het individu, waarin we ontspannen leven. We zouden vooral ook meer ontspannen omgaan met ons eigen gecreëerde construct, namelijk 'de economie'. Waarvan akte!
Sippy van Akker MSc is bestuurskundige en legt zich toe op coaching en consultancy op het gebied van mens, werk en zingeving. Sippy schrijft sinds 2018 over deze onderwerpen op zinvollerleven.nl, het door haar opgerichte platform voor bewust en zinvol leven en werken.
Over Sippy van Akker
Sippy van Akker MSc is bestuurskundige en legt zich toe op coaching en consultancy op het gebied van mens, werk en zingeving. Sippy schrijft over deze onderwerpen op zinvollerleven.nl, platform voor bewust en zinvol leven en werken.