Bij actie-onderzoek zijn we als onderzoeker betrokken bij de groep die we onderzoeken en vaak hebben we een faciliterende rol. De verandering die gewenst is, wordt bijna als vanzelf gestart bij het stellen van de eerste vragen. Die vragen kun je ‘beter' maken als je eerst als reiziger binnen mag gaan in het dorp dat je onderzoekt. Braun beschrijft dat mooi aan de hand van hoe zij bij een eerste bezoek aan een bedrijf gelijk kijkt naar de inrichting en entree. Of hoe zij meegenomen wordt door de ‘oudgedienden' naar de kelder waar foto's bewaard zijn gebleven van hoe het vroeger was in de organisatie. Door hiermee bezig te zijn b.v. bij het begin van je onderzoek, kun je gelijk kijken naar welke rol jij als onderzoeker pakt en hoe je afstand kunt houden om na je onderzoek een goede analyse te doen.
Patronen zijn repeterend, op meerdere lagen waarneembaar, hebben een systemische samenhang, vormen energievelden en worden overgedragen. Daarmee zie je een soort van basisritme ontstaan vanuit het onderliggende patroon. Kijken naar het systeem, door middel van patronen en zo de cultuur onderzoeken en intervenieren werd in de vroeg 20e eeuwse wetenschappen niet gedaan. Nu zien we steeds vaker dat een onderzoek vooral wordt gedaan om een verandering te bewerkstelligen. Braun beschrijft hoe zij regelmatig het vooronderzoek doet, maar dan voor de verandering iemand anders naar voren schuift, vaak om de rol als onderzoeker zuiver te houden. Dit is wel een interessant vraagstuk, omdat we binnen opleidingen vaak van de studenten die afstuderen vragen om beide rollen (die van onderzoeker, en die van implementator) op te pakken. Dat wordt nog moeilijker als je binnen de organisatie werkt waar je het onderzoek doet. De rollen die je hebt vloeien in elkaar over en maken het moeilijk om afstand te houden en een ‘schone' analyse te doen.
In het derde hoofdstuk krijgen we drie verschillende manieren aangereikt om naar patronen te kijken: dimensies, typologieen en grounded theory.
De vraag aan wie je terugkoppeling geeft van het patroon dat je onderzocht is een interessante. In modern onderzoek wordt vaak gezocht naar mogelijkheden om het hele systeem mee te nemen in het proces en dus ook de terugkoppeling aan alle belanghebbenden te doen. De terugkoppeling is dan ook gelijk de eerste stap van het vervolg, wat het veranderproces kan zijn. Braun noemt als manier om grootschalige terugkoppeling te doen het kampvuurgesprek of Afrikaanse volksraadpleging. Daarbij worden alle reacties, standpunten, meningen en plannen voor de toekomst gedeeld zonder discussie of debat. En er wordt een duidelijk besluit genomen. Dit soort stappen liggen dicht tegen het doen van actie-onderzoek aan, waarbij alle belanghebbenden hun verhaal kunnen doen en betrokken worden bij de uiteindelijke keuzes die gemaakt worden. Dit verhoogt het draagvlak voor het project.
Een mooie aanvulling die Braun doet is dat je altijd ten minste drie bronnen raadpleegt voor je een groteske uitspraak doet over een patroon van een volk, groep of organisatie. Zo doe je deskresearch naar de officiele beleidsstukken en de organisatiewebsite, je houdt interviews en doet participerende observatie. Zo test je of het patroon klopt, of je niet iets over het hoofd hebt gezien. Een lijst met valkuilen bij rapportage zorgt er voor dat je gelijk de goede richting op loopt op je reis.
In het hoofdstuk ‘Van duiding naar verandering' laat Braun zien dat het belangrijk is dat je niet alleen patronen kunt veranderen. Dat heeft te maken met dat je er zelf midden in zit. De verschillende rollen van onderzoeker, duider, en veranderaar zitten soms in de weg. Rituelen en verhalen zijn dragers van verandering. We hebben momenten nodig om te stoppen, achterom te kijken, dingen af te leren, afscheid te nemen, en weer af te leren. Dat kost tijd. Een heel interessant onderdeel van dit hoofdstuk (6) gaat over voodoo in organisaties. Dat heb ik met verwondering gelezen. We kunnen zo veel leren van andere culturen. Als je verandering bekijkt vanuit het oogpunt van voodoo zie je dat mensen wel willen veranderen, maar niet veranderd worden. En dat je ze dus moet betoveren, zoals bij voodoo - in het hart raken. Ik laat het even rusten, zodat de lezer iets heeft om naar uit te kijken.
Het boek sluit af met het bestendigen van patronen en een beschrijving van veel voorkomende patronen in organisaties. Ik vind dit boek echt een heel bijzonder boek. Als onderzoeker leerde ik veel meer over patronen, en hoe we dat in onderzoek veel beter kunnen observeren. Dus ik sluit af met een warm hartelijk dank aan Danielle Braun voor weer een mooi boek, in mijn kast, maar vooral ook om de verhalen te delen met mijn studenten.
Over José Otte
Dr. José W. Otte MBA werkte als waarderend onderzoeker met een bedrijfskundige gedragswetenschappelijke achtergrond. Zij faciliteerde sociale innovatie door het introduceren van dialooggroepen waarin gewerkt werd met bijzondere vragen. Ze was verbonden aan Mizu. José geniet inmiddels van een welverdiend pensioen, en recenseert geen boeken meer.