Op werkdagen voor 23:00 besteld, morgen in huis Gratis verzending vanaf €20

Interview

Bart Stofberg

‘Organiseer de creativiteit van je medewerkers’

Ondernemingen moeten innovatiever worden om de concurrentie te evenaren of te overtreffen. Dat is eenvoudiger dan menigeen denkt, want in elke organisatie zit verborgen creatief en innovatief talent.  Toch komt innovatie vaak niet tot ontplooiing. Het blijft een abstract doel en we missen een concrete aanpak. Bart Stofberg wil dit probleem oplossen. In Iedereen kan innoveren benoemt hij de bouwstenen van innovatievermogen en daarmee van innovatie.

Peter Spijker | 21 december 2016 | 4-6 minuten leestijd

Wat is innovatievermogen en waarom leidt dat volgens u vanzelf tot innovatie?
Als je de creativiteit van je medewerkers weet te organiseren, dan ontstaat er een heleboel innovatievermogen: continue, productieve creativiteit van de hele onderneming. Het benutten van mogelijkheden, opdoen van inspiratie, ideeën delen, zodat creatieve mensen elkaar stimuleren. Heel zwart-wit gesteld heb je in een onderneming twee soorten mensen:  de eerste soort is doelgericht en levert daarom goede projectleiders. Ze zorgen er voor dat het vandaag goed gaat met je bedrijf. De tweede soort is nieuwsgierig en die mensen slaan vaak andere wegen in, als ze daartoe de ruimte krijgen. Dankzij hun veelzijdigheid hebben ze vaak creatieve oplossingen en  dragen zo bij aan innovatie. Ze verbinden zich gemakkelijk met  andere mensen en andere ideeën, wat hen enorm belangrijk maakt voor innovatievermogen.  Dit leidt tot een cultuur van vernieuwing. De tweede groep zorgt er voor dat het morgen goed gaat met de onderneming.

Innovatievermogen is dus gebouwd op vier pijlers. Kunt u dat toelichten?
Geen enkele grote onderneming is voor zijn innovatie nog afhankelijk van een R&D-afdeling. Innovatie is gebaat bij bruisende communities van samenwerkende en samen denkende mensen, denk maar aan hackatons. Een hackaton is georganiseerd innovatievermogen. Op een vergelijkbare manier kun je in een onderneming innovatievermogen organiseren. Sleutelwoorden daarbij zijn diversiteit, ontmoeting, chemie en verandering. Dat zijn de vier pijlers. Diversiteit: een gevarieerde community van veelzijdige mensen levert meer creativiteit. Ontmoeting: die diversiteit moet elkaar vrij kunnen tegenkomen, het heet niet voor niets ont-moeten. Chemie: er moet verbinding ontstaan tussen de deelnemers, ze moeten elkaar inspireren. Dan stapelen we ideeën op ideeën. Verandering: als we de bedreigingen van alle veranderingen erkennen, ontstaat er noodzaak, zodat we de vele kansen kunnen benutten. Diversiteit, ontmoeting, chemie en verandering staan aan de basis van innovatievermogen. 

Welke bedrijfsfactoren hinderen of belemmeren innovatief vermogen?
Oud denken belemmert innovatie. Gevestigde bedrijven hebben een oude kijk op de markt. Ze focussen te lang op oude klanten en zien te laat de mogelijkheden van nieuwe technologieën en mogelijkheden en nieuwe producten of nieuwe diensten. Deze bedrijven veronderstellen dat de markt niet van karakter verandert. Ze blijven denken in het verlengde van hun bestaande producten, hun bestaande marketing, hun bestaande klantinteractie en hun bestaande besturing. Bij tegenslag is bezuinigen in hun visie een structurele oplossing. De bedrijfscultuur is ook een belemmering voor vernieuwing.  Om succesvol en tijdig te innoveren moeten bedrijven definitief afscheid nemen van zaken die het huidige succes brachten. Tijdens Sail Amsterdam kun je de tall ships bewonderen. Ze vormen een tragische erfenis, want gebouwd door ondernemers die in reactie op de komst van de stoomschepen, aan het begin van de 19e eeuw, snellere zeilschepen gingen bouwen. Een fatale keuze, want deze scheepsbouwers verdwenen.

Hoe definieer je een disruptieve innovatie?
Bij een disruptieve innovatie blijven de gevestigde bedrijven te lang hangen in de oude kwaliteitsdefinitie. Ze blijven verbeteringen voor hun klanten doorvoeren tot voorbij het verzadigingsmoment, zonder nieuwe kwaliteiten aan hun producten of diensten toe te voegen. Klanten hebben dan al geen behoefte meer aan een nóg beter beeld, of een nóg betere geluidskwaliteit. Omdat ze die verbeteringen niet meer herkennen. Bestaande toonaangevende bedrijven komen pas in beweging als hun klanten overstappen naar een nieuw product of een nieuwe dienst. Afkomstig van toetreders die iets leveren waar klanten zelf nog niet aan hadden gedacht. Niemand vroeg om een digitale camera of een iPad, maar na verschijning gingen ze in grote hoeveelheden over de toonbank.

U bepleit de vorming van biotopen om innovatie te bevorderen. Hoe werkt dat?
Het loont om biotopen met daarin nieuwsgierige mensen in te richten waarin diversiteit, ontmoeting, chemie en verandering op een ongedwongen en natuurlijke manier samenkomen. Zo’n biotoop is innovatievermogen. Als je veelzijdige mensen bij elkaar zet, ontstaat er blikwisseling: op een andere manier kijken naar hetzelfde en dan zie je andere dingen. En dus ook andere oplossingen. Je wilt een biotoop als onderneming natuurlijk wel enigszins kunnen sturen, want er moet passende innovatie uitkomen. Biotopen hebben daarom twee bouwstenen: richting en community. De richting bepaal je door een actueel antwoord te geven op de bekende vraag: ‘waar zijn we van?’ Biotoopsturing geeft de community een helder doel om naar toe streven zonder dat het de biotoop begrenst. Vanbinnen moet de community niet worden gestuurd. Wel is er behoefte aan inspirerend leiderschap om de leden te bezielen en te stimuleren.

Waarom reageren bedrijven vaak verkeerd op nieuwe ontwikkelingen?
Ze zijn onbekend met de nieuwe mogelijkheden of kunnen zich niet voorstellen wat de gevolgen er van zijn. Als je niet experimenteert met nieuwe mogelijkheden, dan kun je je ook geen slimme toepassingen daarvan voorstellen. En dan zit je nooit in de kopgroep en win je dus nooit. Kijk naar de ontwikkelingen bij het leasen van auto’s. Private lease is  nu in opkomst. Particulieren kunnen steeds goedkoper auto’s leasen. Maar het gaat verder, autofabrikanten gaan het volledige vervoer van individuele klanten regelen, inclusief het treinkaartje! Dit heeft gevolgen voor iedereen in de automarkt, maar veel organisatie blijven doen wat ze altijd al deden. Toch is verandering geboden. De geschiedenis toont immers aan dat weifelende bedrijven achterblijven en uiteindelijk het onderspit delven.

Over Peter Spijker

Peter Spijker is freelance journalist. Hij schrijft regelmatig artikelen voor Managementboek.nl

Deel dit artikel

Wat vond u van dit artikel?

0
0

Boek bij dit artikel

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden