Allianties zijn een vorm van netwerken en bestaan al heel lang, bekende zijn onder andere de VOC, maar ook de Islamitische Staat. het onderscheid tussen netwerken en allianties is in de praktijk lastig te maken, grofweg kun je zeggen dat allianties een heldere missie hebben en meer duidelijkheid bieden over waar ze voor staan. In Allianties voor een duurzame toekomst gaan Boonstra en Eguiguren in op allianties. En dan ook nog specifiek waardengedreven allianties, die willen bijdragen aan een betere samenleving. De focus op waardengedrevenheid kan zorgen voor een duurzame en toekomstvaste alliantie. Dit lichten zij in het gehele boek toe door het uitwerken van twee casussen.
Faal- en succesfactoren
Maar voordat zij op de casussen ingaan, beschrijven de auteurs eerst de faal- en succesfactoren van allianties. Het blijkt dat meer dan de helft van de allianties niet succesvol is en dat tweederde van de allianties na verloop van tijd eindigt, vaak binnen 6 jaar. Jaap Boonstra en Marcos Eguiguren beschrijven aan de hand van vier invalshoeken hoe je dit kunt voorkomen: bedrijfskunde, organisatiekunde, bestuurskunde en sociale wetenschappen.
Levenscyclus
De levenscyclus van een alliantie bestaat uit vier fasen; formeren, funderen, evolueren en transformeren. In de eerste fase wordt de alliantie samengesteld, wordt kennis gemaakt en onderling vertrouwen opgebouwd. Daarnaast wordt de visie en missie vormgegeven. Daarna wordt de alliantie uitgebouwd (gefundeerd). Meerdere leden kunnen toetreden en er worden meer afspraken gemaakt over financiën en het uitwisselen van kennis. Vanuit de eigen identiteit dragen de leden bij aan de groei van de alliantie. In de evolutiefase richt de alliantie zich op het stellen van ambitieuze doelen en moeten resultaten worden behaald. Nieuwe leden worden minder snel toegelaten, de focus komt op uitvoering. In de laatste fase ten slotte, transformeren, is de alliantie volwassen en zal zij zich moeten aanpassen aan de omgeving en blijven innoveren om voort te kunnen bestaan.
Paradoxen
In elk fase van de levenscyclus van een alliantie krijg je te maken met andere uitdagingen, de schrijvers noemen dit paradoxen. Ze hebben per fase drie paradoxen geïdentificeerd, die overigens naar mijn mening niet alleen specifiek voor die fase zijn, maar ook in andere fasen kunnen optreden. Ik noem er een aantal:
- Vertrouwen in mensen versus vertrouwen op systemen
- Investeren in relaties versus investeren in kennis
- Open systeem versus gesloten systeem
- Focus op exploratie versus focus op exploitatie
Deze paradoxen zijn erg herkenbaar, het zijn sturingsmechanismes die voor veel organisaties van toepassing zijn.
Casussen
De casussen betreffen een voorbeeld uit het onderwijs (Global Alliance for Management Education, hierna CEMS) en de bankenwereld (Global Alliance for Banking on Values, hierna: GABV). Beide allianties willen de samenleving verbeteren. De eerste door beter onderwijs en de tweede wil de maatschappelijke rol van bankieren verbeteren. De GABV is ‘een onafhankelijk netwerk van banken die financiering als middel gebruiken om duurzame ontwikkeling te realiseren voor mensen, gemeenschappen en hun omgeving’. Hieruit blijkt al de waardengedrevenheid.
Elk van de volgende hoofdstukken gaat in op een fase in de levenscyclus en de bijbehorende paradoxen. De casussen van GEMS en GABV worden uitgewerkt, waarna de paradoxen worden behandeld. Daarna worden nog richtlijnen en methoden gegeven om een alliantie vorm te geven.
In alle fasen van de levenscyclus van een alliantie speelt vertrouwen mee, dit is de succesfactor voor een waardengedreven alliantie. Net als de besturingsfilosofie, die moet goed passen bij de fase waarin de alliantie zich verkeert.
Spelpatronen
Spelpatronen kunnen uiteraard niet ontbreken in een boek van Jaap Boonstra. Afspraken en regels in allianties zijn belangrijk als het gaat om het leveren van kwaliteit en continuïteit. Als bestaande en ingesleten spelpatronen tot stagnatie leiden, moeten ze ter discussie worden gesteld en veranderd. Ook dit is een motto in het boek, wees je bewust van je omgeving en wees als alliantie adaptief, zowel in toepassen van paradoxen als besturingsfilosofie. Waarbij de waardengedreven uitgangspunten leidend moeten zijn en niet uit het oog moeten worden verloren. Daarom is continue innovatie en wendbaarheid in een alliantie ook van groot belang.
Toekomst
In de toekomst zullen we meer en meer waardengedreven allianties zien. Zoals de schrijvers het formuleren; ‘De meeste regeringen zijn niet uit zichzelf in staat om de grote uitdagingen waar de mensheid voor staat, het hoofd te bieden.’ Daarna concluderen ze: ‘Toch hebben we regeringen en instituties nodig om maatschappelijke veranderingen door te voeren en wettelijk te verankeren. We kunnen het alleen niet aan ze overlaten.’
Veel allianties zullen in de toekomst gestart worden en de levenscyclus (voor de meeste wellicht/helaas gedeeltelijk) doorlopen. Daarbij zijn de evolutie en transformatiefase het meest spannend en ingrijpend. In de transformatiefase bijvoorbeeld wordt de missie en het doel van de alliantie besproken en eventueel bijgesteld. Samenspel lijkt daarbij een geschikte manier om een alliantie door elke fase van de levenscyclus heen te veranderen en te laten aansluiten bij de omgeving.
Op koers
Allianties voor een duurzame toekomst is een zeer actueel boek. Zonder dit soort waardengedreven allianties gaan we de huidige wereldproblematiek niet oplossen. Het boek geeft helder en duidelijk aan waar een dergelijke alliantie mee te maken krijgt, wat de valkuilen en paradoxen zijn waar een duurzame alliantie tegen aan gaat lopen, voor of tijdens de transformatiefase. De kern van dit boek zit in het eerste en het laatste hoofdstuk, de overige vormen de uitwerking van de casussen en wat extra informatie. Met recht een handboek voor allianties, dit zouden bestuurders voorafgaand, maar zeker ook gedurende het bestaan van de allianties moeten gebruiken om hun alliantie op koers te houden.
Over Jan Hoogstra
Jan Hoogstra heeft meer dan 25 jaar ervaring als IT-adviseur en IT-auditor bij grote accountants- en adviesbureaus. Tijdens zijn loopbaan heeft hij veel opdrachten gedaan op het gebied van informatiebeveiliging en optimalisering van de inzet van IT. Jan is directeur bij CognoSense, dat gespecialiseerd is in de menselijke kant van IT.