Richard Engelfriet is dagvoorzitter, columnist en spreker. Daarnaast schrijft hij managementboeken zoals eerder Hoe vang ik een rat? en nu dus De succesillusie. Engelfriet stipt in De Succesillusie een terecht punt aan: de werking van veel managementtheorieën, -modellen, -methoden is niet wetenschappelijk bewezen. We weten vaak niet of het werkt. Wat het precies doet en of het doet wat de bedenkers beloven dat het zal doen. We hollen in managementland maar al te vaak kritiekloos van de ene hype naar de andere, in de hoop dat we dit keer wel het Ei van Columbus gevonden hebben.
Of het nu gaat om het formuleren van smart-doelen, tienduizend uren-regel, 7S-model, start with why, teamrollen van Belbin, net promotor score, blue ocean strategie, brainstormen, deeleconomie, elevator pitch, disruptieve innovatie, flow, kernwaarden, focus, lean, long tail, succesfactoren (in search of excellence, good to great, five habits), authenticiteit of de eigenschappen van succesvol leiderschap. Ze passeren in het boek allemaal kort de revue. Het kan volgens de auteur allemaal de prullenbak in want van al deze onderwerpen is niet wetenschappelijk bewezen dat ze doen wat de bedenkers beloven: succes of in ieder geval meer kans op succes.
De auteur beschrijft in zijn boek de meest gemaakte fouten van managementgoeroes. Die hebben vaak te maken met verkeerde aannames, ondeugdelijk onderzoek, tunnelvisie en denkfouten zoals het verwarren van oorzaak en gevolg. En de redenen waarom mensen toch zo graag in goeroes geloven: ze geven ons het snap-, grip-, maatwerk-, repelsteeltje- en Radio GaGa-gevoel en omdat ze succesvol, inspirerend en duur zijn. Man en paard worden daarbij niet gespaard. Zo krijgen bekende Nederlandse managementgoeroes als Ben Tiggelaar, André de Waal en Arjan van den Born een veeg uit de pan omdat zij volgens de auteur beweringen doen die zij niet met deugdelijk onderzoek staven.
De auteur beschrijft in zijn boek ook nog enkele gevaren van de succesillusie. Bijvoorbeeld dat we als maatschappij veel te veel de nadruk leggen op de maakbaarheid van succes. Succes is volgens de auteur zeker niet voor iedereen weggelegd. Persoonlijk succes is sterk afhankelijk van de omstandigheden, toeval en geluk. Het is vervelend en schadelijk om iedereen die minder of geen succes heeft in het leven, als ‘loser’ te zien onder het roepen van ‘eigens schuld dikke bult’.
De auteur is er stellig over: succes is niet maakbaar, succes is geen keuze en succes is niet afhankelijk van een succesformule, maar vooral van tal van andere factoren. De auteur geeft daarmee meteen de reden waarom de werking van bepaalde methoden zo moeilijk te meten en te bewijzen is. Niet alleen in het managementvak, maar bijvoorbeeld ook in de gezondheidszorg en tal van andere disciplines. Iedere organisatie, ieder persoon en iedere situatie is namelijk uniek, dus je vindt in real-life nooit een controlegroep/-situatie die exact hetzelfde is waarmee je kunt vergelijken.
Het probleem van het boek is toch een beetje dat ‘de pot de ketel verwijt dat die zwart ziet’. De zelfbenoemde ‘succesauteur’ generaliseert, simplificeert, winkelt selectief, vergelijkt appels met peren, overdrijft regelmatig en geeft maar sporadisch onderbouwing van zijn vele beweringen. De auteur wil prikkelen, uitdagen en de lezer in 7 stappen afhelpen van goeroes, consultants en trainers. Waarom ook niet, je vangt immers een dief het beste met een dief. De auteur houdt niet van ‘flauwekul’ en die irritatie lees je in het boek terug. Het is gemakkelijk scoren, maar de schrijver lijkt met zijn betoog in de valkuil te trappen die hij voor anderen gegraven heeft. Zo spreekt de auteur in zijn promovideo op zijn website zijn toehoorders toe met ‘ik wil u vandaag enkele principes meegeven van passie, want het begint natuurlijk allemaal met passie’. Ook lijkt de auteur de lezer te onderschatten. Zou er in managementland iemand te vinden zijn die denkt dat het formuleren van alleen een visie, smart-doel of Unique Selling Proposition (USP) voldoende is voor succes zoals de auteur doet voorkomen?
De auteur is terecht kritisch op de vele managementclaims die goeroes, consultants en trainers zich toe-eigenen, maar niet goed kunnen onderbouwen met bewijslast. Maar als al die managementzaken niet bruikbaar zijn, omdat ze niet wetenschappelijk bewezen zijn, wat dan wel? Volgens de auteur moet u de succesillusie maar aanvaarden. Dat betekent doen waarin u gelooft en wat u fijn vindt, maar niet verwachten dat u daarmee meer succes bereikt. Wat mij betreft te kort door de bocht en een gemiste kans. Want met gezond verstand kom je een heel eind, toeval kun je vaak een handje helpen en er zijn ongetwijfeld managementinzichten waarvan nut en werking wel wetenschappelijk of in de praktijk bewezen zijn.
De auteur geeft in het voorwoord al de clou van het boek weg als hij schrijft: ‘Er bestaat geen enkele succesformule die altijd en overal werkt en gegarandeerd succes oplevert. Zodra u voor uw succes mede afhankelijk bent van anderen, zult u nooit weten of u succes zult boeken. Er zijn teveel factoren waar u geen invloed op heeft’.
Over Sjors van Leeuwen
Sjors van Leeuwen (Indora Managementadvies) is adviseur, auteur en spreker op het gebied van klantgericht ondernemen, strategie en marketing. Door zijn ervaring is hij goed thuis in vele strategische vraagstukken en het toenemend belang van de ‘de klant’ als onderscheidende factor. Sjors schreef o.a. Wendbare strategie op één A4, Zorgmarketing in de praktijk en CRM in de praktijk.