Voeg daar de subtitel van het boek, medewerkers binden op bevlogenheid, loyaliteit en vakmanschap, aan toe en je hebt de essentie van het boek te pakken.
Hoewel het boek een publicatie is van de Denktank GGZ 2020, bevat het universele inzichten die ook in andere branches dan de gezondheidszorg toepasbaar zijn. Denk bijvoorbeeld aan provincies en gemeenten, waar men steeds meer opgavegericht werkt en in netwerken opereert.
Uitgangspunt van het boek zijn twee belangrijke ontwikkelingen:
1. De overgang van een klassieke organisatie naar een netwerkorganisatie
2. De overgang naar een meer systemische manier van leidinggeven
Ik vind dat de kracht van dit boek ligt in het feit dat beide ontwikkelingen voortdurend aan elkaar geknoopt worden en niet als twee losstaande ontwikkelingen worden beschouwd. De tekst op pagina 18 is daar een mooi voorbeeld van: ‘… klassieke managementinstrumenten werken niet in netwerken omdat deze instrumenten zijn gebaseerd op hiërarchie, structuren en systemen. Deze klassieke managementinstrumenten hebben vooral oog voor de bovenstroom in organisaties, datgene wat zich laat vangen in spreadsheets. De psychologie, andragologie, pedagogie en sociologie geven bij uitstek inzicht in de onderstroom, wat mensen bezighoudt, hoe men zich voelt, wat mensen verbindt. We kunnen in de strategie, de structuren, systemen en procedures van de organisatie weliswaar alles keurig met elkaar regelen, maar dit moet wel in balans zijn met de onderstroom waar de non-verbale interactie, het betrekkingsniveau, de beelden die mensen hebben, fantasieën, sfeer en vertrouwen een belangrijke rol spelen. Deze kennis kan de bovenstroom in de organisatie weer verbinden met de onderstroom, het systeem van mensen en hun interacties. Dit combineren van boven- en onderstroom is van groot belang, zeker als medewerkers steeds meer ‘buiten het zicht’ van managers gaan opereren, maar we het wel van belang vinden dat ze op een of andere wijze aan de organisatie verbonden blijven.’
Het boek kent een logische en samenhangende opbouw naar het kernhoofdstuk ‘Naar een nieuw besturingsconcept’. Om af te sluiten met een realistische conclusie dat het ‘oude’ en het ‘nieuwe’ organiseren naast elkaar zullen blijven bestaan, omdat er geen ‘one best way’ bestaat.
De lijstjes, tabellen en vragen in het boek zijn een uitstekend middel ter reflectie voor je eigen organisatie: waar staan we, welke keuzes maken we, in hoeverre besteden we aandacht aan de bovenstroom én onderstroom? Kortom, Andere tijden, flexibel organiseren is een aanrader.