Faillissementsprocesrecht
Gebonden Nederlands 2020 1e druk 9789013159516Samenvatting
Zoekt u regelmatig informatie op over het faillissementsprocesrecht? Als jurist beschikt u met deze handzame titel over een praktijkgericht overzicht van het faillissementsprocesrecht. Elke onderdeel binnen dit rechtsgebied wordt beknopt behandeld, waarmee de uitgave zowel praktisch als compleet is.
Faillissementsprocesrecht biedt een zeer volledige behandeling van het gehele faillissementsprocesrecht. Hierdoor hoeft u als praktijkjurist niet verschillende informatiebronnen te raadplegen, maar heeft u met één uitgave snel gevonden wat u zoekt.
Doorgaans wordt het faillissementsprocesrecht als lastig ervaren. Deze titel maakt de hoofdlijnen inzichtelijk, zonder in te leveren op diepgang en volledigheid. De auteur is erin geslaagd op een volledige maar toch bondige manier uit te leggen wat het huidige faillissementsprocesrecht inhoudt. De titel leent zich dankzij deze insteek uitstekend voor de praktijk.
De titel behandelt onder meer:
• De gehele faillissementsprocedure in eerste aanleg (art. 1-19a Fw)
• De rechtsmiddelen die ingesteld kunnen worden tegen uitspraken in de faillissementsprocedure (art. 8-13 Fw)
• Procedures tijdens het faillissement (art. 25-32 Fw)
• Het bevel van de rechter-commissaris aan de curator (art. 69 Fw)
• De rechtsmiddelenregelingen van art. 67 en 85-86 Fw.
Voor een deel van deze artikelen geldt dat zij van overeenkomstige toepassing zijn op de schuldsaneringsregeling of dat in de schuldsaneringsregeling een vergelijkbaar artikel is opgenomen. Het faillissementsprocesrecht wordt besproken aan de hand van de Faillissementswet, aanverwante wet- en regelgeving (onder andere procesreglementen) en de belangrijkste jurisprudentie van zowel de Hoge Raad als de lagere rechter.
Wanneer u werkzaam bent als curator, bewindvoerder, rechter, advocaat, bedrijfs- of overheidsjurist, dan zult u gedurende de werkdag regelmatig teruggrijpen op dit naslagwerk. Daarnaast biedt de titel ook voor bewindvoerders en zelfs voor de schuldsanering en rechters een waardevolle informatiebron. Evenals voor juristen bij bedrijven en overheden, bijvoorbeeld in het kader van een faillissementsaanvraag die wordt ingediend tegen het bedrijf waarbij zij werken, of als de overheid procespartij is in een civiele procedure en de wederpartij failliet verklaard wordt.
Kortom: zoekt u als praktijkjurist een compleet naslagwerk over het faillissementsprocesrecht dat u snel weer op weg helpt? Dan heeft u met deze bundel een volledig maar toch to-the-point overzicht van dit soms ingewikkelde rechtsgebied.
Specificaties
Lezersrecensies
Inhoudsopgave
1 INLEIDING 1
1.1 Procesrechtelijke regelingen in het faillissementsrecht 1
1.2 Ontwikkelingen in het faillissementsrecht 2
1.3 Regelingen die gelden voor het faillissement 3
1.4 Wat niet of minder uitvoerig wordt behandeld 6
1.5 Plan van behandeling; methodiek; terminologie 7
2 DE FAILLISSEMENTSPROCEDURE IN EERSTE AANLEG 9
2.1 Inleiding; procedure 9
2.2 De schuldenaar 9
2.2.1 ‘De schuldenaar’ kan failliet worden verklaard 9
2.2.2 Natuurlijke persoon 9
2.2.3 Rechtspersoon 10
2.2.4 Personenvennootschap 11
2.2.5 (Waarschijnlijk) geen schuldenaar in de zin van artikel 1 Fw 12
2.2.5.1 Geen schuldenaar in de zin van artikel 1 Fw 12
2.2.5.2 Waarschijnlijk geen schuldenaar in de zin van artikel 1 Fw 12
2.3 De bevoegde rechter 13
2.3.1 Rechtsmacht van de Nederlandse rechter 13
2.3.1.1 Faillissementen met internationale aspecten 13
2.3.1.2 De Nederlandse rechter heeft rechtsmacht ingevolge de Europese Insolventieverordening 14
2.3.2 Absolute bevoegdheid 16
2.3.3 Relatieve bevoegdheid 17
2.3.3.1 De schuldenaar met een bekende woon- of verblijfplaats in Nederland 17
2.3.3.2 Aanvullende relatieve bevoegdheid personenvennootschap 18
2.3.3.3 De schuldenaar is naar het buitenland vertrokken of is verdwenen 19
2.3.3.4 De schuldenaar heeft een vestiging in Nederland 20
2.3.3.5 Bewijs van de woonplaats; bevoegdheid is van dwingend recht; samenloop 20
2.4 De aanvrager van het faillissement 21
2.4.1 Wie kunnen het faillissement van de schuldenaar aanvragen? 21
2.4.2 Schuldenaar 21
2.4.3 Eén of meer schuldeisers 23
2.4.4 Fiscus; Openbaar Ministerie; ambtshalve door de rechtbank 24
2.4.4.1 Fiscus 24
2.4.4.2 Het Openbaar Ministerie 25
2.4.4.3 Ambtshalve faillietverklaring door de rechtbank 26
2.5 Aangifte of verzoekschrift tot faillietverklaring 26
2.5.1 Formeel vereiste: machtiging kantonrechter handelingsonbekwame schuldenaar 26
2.5.2 Formele vereisten aangifte en verzoekschrift 27
2.5.2.1 Formele vereisten aangifte schuldenaar 27
2.5.2.2 Formele vereisten verzoekschrift schuldeiser(s) 28
2.5.3 Inhoudelijke vereisten 29
2.5.3.1 Inleiding 29
2.5.3.2 Bevoegdheid 29
2.5.3.3 Onvoldoende belang 30
2.5.3.4 Misbruik van de bevoegdheid het faillissement aan te vragen 32
2.5.3.5 Afstand van recht; rechtsverwerking 37
2.5.3.6 Pluraliteit van schuldeisers; toestand van te hebben opgehouden te betalen; summierlijk aantonen 38
2.6 Het doen van aangifte/het indienen van het verzoek; griffierecht 44
2.7 Samenloop 45
2.7.1 Faillissementsverzoek en -aangifte 45
2.7.2 Meerdere faillissementsverzoeken 45
2.7.3 Faillissementsverzoek en verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling 45
2.7.3.1 Voorkeur schuldsaneringsregeling bij natuurlijke personen 45
2.7.3.2 Er is alleen een faillissementsverzoek ingediend (artikel 3 Fw) 46
2.7.3.3 Er is zowel een faillissementsverzoek als een schuldsaneringsverzoek ingediend (artikel 3a Fw) 48
2.7.3.4 Omzetting faillissement in een schuldsanering 49
2.7.4 Faillissementsverzoek en surseanceverzoek 50
2.8 Oproeping 50
2.8.1 Oproeping schuldenaar 50
2.8.2 Oproeping overige betrokkenen 51
2.9 Verweerschrift; griffierecht 52
2.10 Indiening overige stukken; (te) late indiening 52
2.11 Aanhouding; mondelinge behandeling 54
2.12 Uitspraak 56
2.13 Na het faillissementsvonnis 61
3 RECHTSMIDDELEN IN DE FAILLISSEMENTSPROCEDURE 65
3.1 Inleiding 65
3.2 Gesloten stelsel; verbetering en aanvulling; berusting 65
3.3 Tussenuitspraken 66
3.4 Korte termijnen; verschoonbare termijnoverschrijding 67
3.5 Toetsing ex nunc; gevolgen van betaling van vorderingen na faillietverklaring 68
3.6 Verzet en hoger beroep 69
3.6.1 De Faillissementswet kent een summiere regeling van rechtsmiddelen 69
3.6.2 Wie kan welk rechtsmiddel instellen? 70
3.6.3 De procedure in verzet en in hoger beroep 74
3.6.3.1 Procesvertegenwoordiging; griffierecht; oproeping; behandeling in het openbaar of in de raadkamer; intrekking 74
3.6.3.2 Verzet bij de rechtbank 77
3.6.3.3 Verzet en hoger beroep bij het hof 79
3.6.4 De procedure in cassatie 82
3.7 Vernietiging na het instellen van een rechtsmiddel 84
4 PROCEDURES TIJDENS FAILLISSEMENT 87
4.1 Inleiding 87
4.2 De positie van de curator 87
4.3 Procedures waarbij de faillissementsboedel niet (rechtstreeks) is betrokken 90
4.3.1 De vordering ziet op een persoonlijk belang van de gefailleerde of hoogstpersoonlijke rechten 90
4.3.2 Voorbeelden van vorderingen of verzoeken die zien op een persoonlijk belang van de gefailleerde of buiten de boedel vallend vermogen 90
4.4 Procedures waarvoor de artikelen 25-31 en 36 Fw gelden 93
4.5 De hoofdlijnen van artikel 25 tot en met 29 Fw; aanhangigheid 94
4.5.1 Op welke situaties zien de artikelen 25 tot en met 29 Fw? 94
4.5.2 Afkoelingsperiode 95
4.5.3 Betekening 95
4.5.4 Zekerheidstelling 97
4.6 Niet-verifieerbare vorderingen; boedelschulden (artikel 25 Fw) 97
4.6.1 Situatie waarop artikel 25 Fw van toepassing is 97
4.6.2 Voorbeelden van vorderingen waarop artikel 25 Fw van toepassing is 98
4.6.3 Procedure artikel 25 Fw 105
4.7 Verifieerbare vorderingen (artikel 26 Fw) 106
4.7.1 Situatie waarop artikel 26 Fw van toepassing is 106
4.7.2 Voorbeelden van vorderingen waarop artikel 26 Fw van toepassing is 108
4.7.3 Indiening ter verificatie 110
4.8 Op het moment van de faillietverklaring is een door de gefailleerde begonnen procedure aanhangig (artikel 27 Fw) 111
4.8.1 Situatie waarop artikel 27 Fw van toepassing is 111
4.8.2 De wederpartij vraagt schorsing na faillietverklaring van de eiser-gefailleerde 112
4.8.2.1 Ratio; moment van schorsing 112
4.8.2.2 Procedure tot schorsing en oproeping van de curator 112
4.8.2.3 Samenloop schorsing artikel 27 Fw en schorsing artikel 225 Fw 113
4.8.2.4 Na schorsing en oproeping verschijnt de curator 114
4.8.2.5 Na schorsing en oproeping verschijnt de curator niet 115
4.8.3 De wederpartij vraagt geen schorsing 119
4.9 Een artikel 25 Fw-vordering is ingesteld tegen de gefailleerde en de procedure is aanhangig op het moment van faillietverklaring (artikel 28 Fw) 119
4.9.1 Situatie waarop artikel 28 Fw van toepassing is 119
4.9.2 De eiser vraagt schorsing en roept de curator op 119
4.9.3 De eiser vraagt geen schorsing 121
4.10 Een artikel 26 Fw-vordering is ingesteld tegen de gefailleerde en de procedure is aanhangig op het moment van faillietverklaring (artikel 29 Fw) 121
4.10.1 Situatie waarop artikel 29 Fw van toepassing is 121
4.10.2 Schorsing van rechtswege; uitzonderingen; nietigheid na schorsing verrichte proceshandelingen 122
4.10.2.1 Schorsing van rechtswege 122
4.10.2.2 Uitzonderingen 122
4.10.2.3 Nietigheid proceshandelingen na schorsing 124
4.10.3 Verificatievergadering; vereenvoudigde afwikkeling 124
4.10.4 De vordering wordt tijdens de verificatievergadering erkend of door niemand betwist 125
4.10.5 De vordering wordt tijdens de verificatievergadering betwist door een schuldeiser of de curator 125
4.10.6 De vordering wordt tijdens de verificatievergadering door de schuldenaar betwist 128
4.10.7 Het faillissement eindigt zonder verificatievergadering 128
4.11 Rechtsmiddelen 130
4.11.1 De artikelen 27-29 Fw gelden niet na einduitspraak en in de situatie van artikel 30 Fw 130
4.11.2 Rechtsmiddelen die ingesteld kunnen worden als op de voet van de artikelen 25-29 Fw is geprocedeerd 131
4.12 Samenloop van verifieerbare en niet-verifieerbare vorderingen 136
4.13 Vorderingen in conventie en reconventie 138
4.14 Procespauliana (artikel 31 Fw) 140
4.15 Verjaring 141
5 GETUIGENVERHOOR EN DESKUNDIGENONDERZOEK DOOR DE RECHTER-COMMISSARIS 143
5.1 De bevoegdheid getuigen te horen en een deskundigenonderzoek te laten uitvoeren (artikel 66 Fw); toepasselijke regels 143
5.2 Ruime bevoegdheid; misbruik 144
5.2.1 Omstandigheden die de rechter-commissaris kan onderzoeken 144
5.2.2 Grens: misbruik 144
5.3 Ambtshalve of op verzoek; beperking in tijd? 146
5.4 Beslissing rechter-commissaris 146
5.5 Het faillissementsverhoor 147
5.5.1 (Buitenlandse) getuige 147
5.5.2 Oproeping van de getuige; oproepingstermijn 148
5.5.3 Locatie; aanwezigen 148
5.5.4 Verhoor van getuigen 149
5.5.5 Proces-verbaal van het getuigenverhoor 150
5.5.6 Bewijswaardering 151
5.5.7 De verhouding van het faillissementsverhoor met artikel 105 en 106 Fw 152
5.6 Voorlichting of bijstand door een deskundige 153
5.6.1 Voorlichting door een deskundige 153
5.6.2 Bijstand van een deskundige 153
5.7 Kosten van de getuigen en deskundigen 154
5.8 Alternatief voor artikel 66 Fw 155
6 HET BEVEL AAN DE CURATOR 157
6.1 Inleiding 157
6.2 Doel en reikwijdte 157
6.3 De verzoeker van een bevel 159
6.3.1 De verzoeker: gefailleerde, schuldeiser en schuldeiserscommissie 159
6.3.2 Gefailleerde; bestuurder 159
6.3.3 Schuldeiser 160
6.4 Voldoende belang; belang strijdig met boedelbelang; persoonlijk belang 164
6.4.1 Voldoende belang 164
6.4.2 Belang van de boedel komt niet overeen met het belang van de verzoeker 165
6.4.3 Persoonlijk belang 165
6.4.3.1 Bevelen voor het geldend maken van persoonlijke rechten 165
6.4.3.2 Voorbeelden van bevelen waarmee persoonlijke rechten geldend gemaakt worden 166
6.4.3.3 Het verstrekken van informatie 169
6.5 Opkomen tegen handelingen van de curator en bevelen aan de curator 174
6.5.1 Soorten bevelen die kunnen worden verzocht 174
6.5.2 Voorbeelden van bevelen die kunnen worden verzocht 174
6.6 Verzoekschrift en verloop van de procedure 176
6.7 Beoordeling van het verzoek om een bevel aan de curator 177
6.8 Beschikking 180
7 HOGER BEROEP TEGEN BESCHIKKINGEN VAN DE RECHTERCOMMISSARIS EN DE RECHTBANK 183
7.1 Inleiding 183
7.2 Hoger beroep tegen de beschikking van de rechtercommissaris (artikel 67 Fw) 183
7.2.1 Beschikking van de rechter-commissaris waartegen hoger beroep openstaat 183
7.2.1.1 Beschikkingen in de zin van artikel 67 Fw 183
7.2.1.2 Opsomming van beschikkingen waartegen hoger beroep openstaat 185
7.2.2 Beschikkingen van de rechter-commissaris waartegen geen hoger beroep openstaat 187
7.2.2.1 Geen beschikking in de zin van artikel 67 Fw 187
7.2.2.2 Wel een beschikking in de zin van artikel 67 Fw, maar er geldt een appelverbod 189
7.2.3 Partijen in hoger beroep 194
7.2.4 Procedure 195
7.2.4.1 Toepasselijke regeling; bevoegde rechter 195
7.2.4.2 Termijn; uitzondering voor arbeidszaken 196
7.2.4.3 Beroepschrift 200
7.2.4.4 Oproeping belanghebbenden; geen hoorplicht rechtercommissaris 201
7.2.4.5 Behandeling en beslissing 203
7.3 Cassatie 204
7.4 Rechtsmiddelen tegen beschikkingen van de rechtbank 204
7.4.1 Enkele opmerkingen over in eerste aanleg door de rechtbank gegeven beschikkingen 204
7.4.2 Uitsluiting van hoger beroep; beslissingen waartegen hoger beroep wel openstaat 206
7.4.3 Cassatie tegen door de rechtbank in eerste aanleg gegeven beschikkingen 208
Lijst van gebruikte afkortingen 209
Literatuurlijst 213
Wetsartikelenregister 219
Jurisprudentieregister 233
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan