‘Innerlijke vrijwording’ en ‘gemeenschapsvorming’ zijn de kernconcepten waar Zwart zich in zijn hele leven mee bezig heeft gehouden, professioneel en existentieel. Het boek gaat niet alleen over het verleden en hoe het heden voortbouwt op het verleden, maar ook over de toekomst: de tijd die ons toekomt en inspiratie biedt om te worden wie we zijn. De hoop die ons levend houdt.
Het aardige en tegelijkertijd lezenswaardige van het boek is de parallelle verhaaltrant over het leven van Cees Zwart, de momenten die cruciaal waren en hoe de context van die tijd zich ontwikkelde, het ‘moment Nu’ – hoe denkt Cees nu over maatschappelijke en organisatievraagstukken – en welke vermoedens zijn er over hoe de toekomst zich zou kunnen ontvouwen. Het gaat dus steeds om de interactie tussen de werkelijkheid en het dagelijkse bewustzijn, zoals hij dat noemt, en datgene wat hem en in feite ook onszelf drijft, het open bewustzijn. Het boek had niet geschreven kunnen worden zonder de inbreng van Anne Pastors, die het idee inbracht om het leven van Zwart op te tekenen en dat ook regelmatig in dialoogvorm in het boek zichtbaar te maken. Na aanvankelijk grote aarzeling van Zwart is die coproductie er toch van gekomen en het resultaat mag er zijn: een kloek, leerzaam boek dat het niveau van een (auto)biografie overstijgt. De privé-ervaringen zijn op zich interessant, maar blijken generieke betekenis te hebben: ze zijn herkenbaar, invoelbaar en zichtbaar voor iedereen die reflecteert op zichzelf in relatie tot wat mogelijk is te maken. Daarmee zijn we beland bij de ondertitel van het boek èn de doelgroep: voor wie is het boek geschreven? Dat zijn de ‘schalige wereldverbeteraars’ (volgens Zwart zijn wij dat allemaal): mensen die krachtig vertrouwen blijven houden in een verbetering ten goede door verder te kijken dan je kunt zien. Maar wel vanuit de menselijke schaal en door verantwoordelijkheid te nemen voor de (eigen) werkelijkheid zoals die geworden is. Daarmee wordt ook duidelijk in welke organisatie-filosofische traditie Zwart staat, die van de ontwikkelingsdenkers als Senge, Jaworski, Scharmer, Bommerez, Laloux en Glaudemans.
Met andere woorden: het levert de lezer veel inzicht op over hoe mens, organisatie en samenleving zich ontwikkelen en wat je daar zelf aan kunt doen. Daarmee geeft Zwart meteen z’n kaartje af over hoe hij over leiderschap denkt. Hij gelooft dat het onderscheid tussen mensen die leiding geven en mensen die leiding ontvangen zal vervagen en vervangen zal worden door mensen die leidingnémen, ook over zichzelf: “leiding nemen betekent verantwoordelijkheid nemen voor de keuzes die je maakt”. Leiding nemen komt neer op horizontalisering van het leiderschap. Het bevat naast een stevig besef van het heden èn de kwaliteit om te herbronnen, dat wil zeggen om zicht te krijgen op herkomst (het verleden) en op toekomst door zich te heroriënteren. De drie bewustzijnsvormen die hierbij passen, zijn: reflexief bewustzijn, de herinnering van het niet meer bewust; intuïtief bewustzijn als gewaarwording van het heden en anticiperend bewustzijn van het verwachte, maar nog niet bewuste. Wat valt er te zeggen over die toekomstige wijze van organiseren, waarvan we nu al wat signalen kunnen opvangen? De ‘gerechtvaardigde’ hoop van Zwart is dat we ons bewegen richting noöcratie. Dat wil in dezen zeggen, een bewuste manier van leven en samenleven met een mindset waarin mensen elkaar gunnen om te kunnen beantwoorden aan hun wezen en waarin dat mogelijk wordt gemaakt met en voor elkaar. Openheid en dialoog tussen mensen zijn de dragers van zo’n samenlevingsvorm, die integer improviseren van de deelnemers veronderstelt. Dat wil zeggen oog hebben voor het geheel en proberen de goede dingen te doen door met alleen een primitieve verhaallijn in je achterzak met elkaar op weg te gaan zonder dat je precies weet waar je uitkomst.
Als ik terugblik op het lezen van het boek Over Hoop dan is de reconstructie van Zwarts denken op zichzelf de moeite waard om kennis van te nemen. Nog interessanter is naar mijn mening de opening naar de toekomst: de noöcratie, die pijnlijke transformaties in geestesleven (heelheid > verdeeldheid), rechtsleven (rechtsbewustzijn > rechtszekerheid) en economische leven (deeleconomie > concurrentieeconomie) met zich mee zal brengen. Maar die ook de drie min of meer versleten Verlichtingsidealen van vrijheid, gelijkheid en broederschap op nieuwe wijze munt, namelijk in de vorm van vrijwording, gelijkwaardigheid en deelgenootschap. Kortom, een boeiend boek voor professionele adviseurs uit de systeemwereld èn ervaringsdeskundigen uit de leefwereld.
Over Paul Misdorp
Paul Misdorp is Directeur van VinNDT (Veranderen in Nieuw Denken Toepassen) en kennispartner van Zeelenberg, adviseurs voor Mens en Organisatie en van House of Coherence.