‘Goede’ ideeën van klanten, zijn ze vooral tijdrovend of heeft u er echt wat aan? Valt deze stroom aan creatieve input te managen of verplaatst u deze e-mails automatisch naar de prullenbak? De auteurs van Wij weten meer dan ik laten aan de hand van talrijke voorbeelden zien hoe bedrijven de goede ideeën van ‘de crowd’ handig inzetten of zelfs hun bedrijfsmodel baseren op ‘crowdsourcing’.
Dit boek is ontstaan uit de community wearesmarter.org, opgezet door Barry Libert en Jon Spector met het doel als groep een boek te schrijven. Uiteindelijk bleken er wel hoofdstukbegeleiders nodig om dit project in goede banen te leiden. Eén van de tips luidt dan ook: ‘Weet wanneer je je ermee bemoeit’. Zo bevat dit boekje nog zeven handige aanbevelingen ‘om bedrijven enkele valkuilen te helpen vermijden op weg naar Web 2.0’.
Anekdotischerwijs wordt het nut van crowdsourcing uiteengezet: voor nieuwe marktkansen, klanttevredenheid, marketing, manier van werken, zakelijke groei, en voor managementtaken. De voorbeelden laten zien hoe bedrijven gebruikmaken van de kracht van de massa - of eraan ten onder gingen. Want gelukkig worden er ook wat missers vermeld. De bijdragen van de ‘duizend anderen’ zijn terug te vinden in de kaders met tips van communityleden. Maar vooral de kaders met ‘Wat je kunt doen’ zijn handig: hierin staan de lessen die je kunt trekken uit de voorbeelden kort samengevat.
Hoewel deze voorbeelden aan het nadenken zetten, is de achtergrond van crowdsourcing wat mager. Dit wordt enigszins goed gemaakt in het hoofdstuk met aanbevelingen en het nawoord, maar voor verdieping moeten we blijkbaar toch naar Twee weten meer dan één van James Surowiecki of Tapscotts Wikinomics. Hoe hun theorie uitpakt bij het schrijven van een boek, ziet u vervolgens in Wij weten meer dan ik.